maandag 19 september 2011

De resoluties voorbij

Op internet circuleren alweer de nodige ideeën om op het aanstaande CDA-congres resoluties te gaan bespreken die de inhoud van het kabinetsbeleid betreffen. Hier een ernstige oproep om daar mee te stoppen. De redenen daarvoor zijn:
  1. Iedere vorm van discussie wordt steeds uitgelegd als tweedracht. Zo zouden de avonden met Jacobine Geel volgens Trouw opnieuw bewijzen zijn van de verdeeldheid van de partij. De  site christendemocraat.nl zou aangeven dat de kritiek op het partijbestuur nog immer voortleeft enz. enz. Een motie over het kabinetsbeleid, of het nu gaat over de euro of het pgb, wordt altijd uitgelegd als verdeeldheid, corrosie, een partij die aan onderlinge ruzies ten onder gaat. En of het nu waar is of niet, het signaal naar de voormalige en toekomstige kiezers is buitengewoon slecht. Alleen daarom al zou zoiets niet meer moeten gebeuren.
  2. Bovengenoemde vorm van zgn. partijdemocratie is een schoolvoorbeeld van het confrontatiemodel. En dat model moet binnen de partij nooit meer gebruikt worden. Het is oude politiek, dat werkt contraproductief en dat helpt niemand. Er zijn inmiddels veel betere methodes.
  3. Het volgende idee. Zorg, dat alle opvattingen bij elkaar op een goede manier geformuleerd worden, en maak daar een gespreksnotitie of een beleidsamendement van. Geef aan op welke punten de verschillende deelnemers steun verlenen aan dat stuk. Stel het partijbestuur via de voorzitter op de hoogte van het bestaan van dit stuk, en geef aan hoe u het behandeld zou willen zien. U wilt bijv. over dit onderwerp met de staatssecretaris of minister dan wel de fractie spreken. U overtuigt het partijbestuur van de urgentie. Ik vermoed dat dat bij een onderwerp als het pgb niet nodig zal zijn.
  4. Het nieuwe DB  organiseert een ontmoeting tussen uw groep en de personen om wie u hebt gevraagd. De bewindspersoon krijgt een uitnodiging om op korte termijn met leden van de partij te praten over het beleid, over de kritiek, over de voorstellen en over de toekomst van het beleidsonderdeel. Wie zo’n uitnodiging afslaat, snapt de partijdemocratie-nieuwe-stijl niet, hetgeen (eufemisme-alert) op het eerstvolgende functioneringsgesprek aan de orde zal komen.
  5. Het ledengesprek, in dit geval tussen de verontruste en de regerende leden, leidt tot een bepaalde uitkomst. De staatssecretaris weet dat er een actieve groep is, die het beleid van dag tot dag volgt. Bij gelegenheid kan die bewindspersoon de spreekbuis van de groep nog eens raadplegen, en verzoeken om mee te denken bij nieuw beleid, of bij de evaluatie van bestaand beleid. Gelet op de kwaliteiten van de  verschillende spelers in dit spel is mijn verwachting dat daaruit veel eerder oplossingen dan extra problemen uit voortkomen. Er is in het ledengesprek veel gelegenheid om wederzijds begrip uit te spreken. Het gaat om oplossingen en niet om het vergroten van problemen.
  6. Als de minister of het Kamerlid samen met de ledengroep constateert dat er grote verschillen bestaan, die maar moeilijk te overbruggen zijn, kunnen zij eventueel samen het partijbestuur vragen om de zaak voor het congres te agenderen. In crisissituaties kan dat soms een extra congres betekenen.
  7. Dit model is oplossingsgericht, sluit aan bij de resoluties en moties van het vorige congres, en is een toonbeeld van echte partijdemocratie. Met dit model kun je veel meer mensen enthousiast maken voor deelname aan onze partij dan met het vechtmodel van allerlei resoluties.
  8. Het partijbestuur moet vooruitkijken, en de vernieuwingen die op het laatste congres zijn opgedragen, ook uitvoeren. Daar hoort deze nieuwe vorm van partijdemocratie nadrukkelijk bij.
Wat mij betreft: liever vandaag dan morgen een einde aan de resolutie-cultuur, en een vliegende start van het ledengesprek.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten